Bridgerubriek 17 okt 2020

Ruitenboer is het grootste bridgetoernooi ter wereld. In het voorjaar beginnen 11.000 koppels aan een van de vele voorronden met als doel plaatsing voor de finale net voor de zomervakantie. Het virus gooit roet in het eten en pas vorige week werd de finale gespeeld. Niet in het Denksportcentrum in Utrecht, maar op Stepbridge. 153 paren worden moeiteloos ondergebracht bij de grootste bridgeclub van het land.

Ik schrijf al decennia de boekjes vol voor een van de voorronden van het toernooi en vaak ook het verslag van de finale voor het bondsblad. Dit keer had ik het makkelijk. Niet voor dag en dauw in de wagen westwaarts, maar met de slaap net uit de ogen kruip ik achter de computer om de finale te volgen.

Stepbridge is eigenlijk een ideaal platform voor de finale. Het wisselen laat je over aan de techniek en het sjouwen met de spellen behoort tot het verleden. Daarbij komt dat het wisselen van de tafels een fluitje van een cent is voor de techniek en je een “Zwitser” kunt spelen. Paren die nagenoeg op dezelfde plek staan ontmoeten elkaar meteen in de volgende ronde. Het leidt niet zelden tot spannende duels.

Ik zit aan tafel een en zie de koplopers steeds. Het niveau is wisselend. Wat me opvalt, is dat de spelers zeer bedreven zijn in snijden en honneur op honneur. De meesten bedienen zich van ingebouwde automatismen. Wat minder gepolijst is nadenken over het zitsel. Daarvan straks een voorbeeld.
Nu eerst een 4♠ van de clubavond, waar hetzelfde thema langs komt:

Z/NZ
A H V 6
H B 5
9 7 5 4
A 2
7 4 2
10 8
A 9 8 7 6 4 2
H 8 B 10 3 2
H V B 8 4 9 7 6
B 9 5 3
V 10 3
A V 6
10 5 3
 

Na de 1♣ opening van west worden tien zuidspelers leider in 4♠. Vier anderen eindigen in 1SA of 3SA en dat laatste contract is zonder kansen. Van de leiders in 4♠ maakt de helft het contract en de andere vijf sneuvelen.

Je hebt na ♣H uit, als je telt vanuit de zuidhand, een verliezer in harten, twee in klaveren en ook twee in ruiten. Een van de klaverenverliezer kun je aftroeven in de dummy, maar er blijven vier verliezers. Aan A kan niemand wat doen en zonder ruitenverliezer kom je niet weg. De andere ruitenverliezer kun je wegwerken door te snijden. Dat is wat de vijf leiders doen die down gaan.

Ze houden geen rekening met het biedverloop. Je mist veertien punten en daarvan zal west het leeuwendeel opslokken. Naast de vijf zekere punten in klaveren en A zal west ook over H beschikken. Zonder H is het wel een heel magere opening.

Met H in gedachten bij west is snijden dus zinloos.

Mijn partner, Matthieu Verhoeven speelt alsof de nationale schaatssprint ploeg op zijn hielen zit, maar pakt het spel goed aan. Hij neemt de eerste klaveren en trekt troef. Na drie rondjes volgt harten en west neemt ronde twee. De verdediging casht nog een klaveren en brengt de leider met harten aan slag in de dummy. De leider speelt daarna ruiten, Verhoeven pauzeert nu even, maar speelt dan A. Hij troeft een klaveren aan de overkant en speelt een tweede ruiten. Als oost de tien inlegt, denk ik even dat hij over een blokje struikelt, maar een kleintje in zuid is de goede kaart. West moet de heer leggen en V is de tiende slag.

Naast alle gereedschap in de vorm van door het sterk naar het zwak, derde man doet wat ie kan en naar de vork toe beheerst een goede leider nog een aspect van het afspel en dat is kaartlezen.

Uit de Ruitenboer finale een ander voorbeeld:

N/Allen
V B 9 8 7 3
B 8 3
B 3
8 3
H 6
4 2
H 10 9 7 A 6 4 2
10 8 7 6 H V 5 4
B 9 7 H 10 6
A 10 5
V 5
A 9 2
A V 5 4 2
 

Na twee passen opent zuid 1SA en wordt even later leider in 2♠. West begint met ruiten en de leider neemt de vrouw van oost met zijn aas. In slag twee speelt zuid ruiten om later in de dummy te kunnen komen. Oost wint met H en speelt klaveren in.

Er is een vork, dus snijdt zuid en dat pakt goed nu de heer goed zit. Zuid speelt een volgende ruiten en troeft de slag in noord. Hierna volgt ♠V en na twee kleintjes bij oost en zuid wint west de slag met ♠H.

Er is nog een aspect wat opviel bij het kijken naar de finale van Ruitenboer. Verdedigers mijden kleuren waar een heer aan de top staat. Uitkomen in een kleur met een heer is verboden en ook later in het spel wordt dat zoveel mogelijk vermeden. Het spook dat je in de vork speelt bij de leider is een nationaal trauma.

West speelt daarom, lekker veilig, troef na. Zuid wint de slag in de hand en gaat verder met ♣A en troeft een klaveren in de dummy. De kleur is nu vrij en de zuidhand wordt bereikt met een kleine troef. Op de twee vrije klaveren verdwijnen twee hartenverliezers van noord en dat resulteert in twee overslagen.

Als de leider grote moeite doet om in de dummy te komen om troef te spelen, kun je er gif op innemen dat ♠A in zuid zit. Zonder die honneur speel je in slag twee troef uit je hand. Met ♠A, de bekende A en ook ten minste twee honneurs (A-V) in klaveren kan zuid niet A en V hebben.

West kan dus zonder gevaar harten spelen en nu oost A heeft, winnen de verdedigers nog twee slagen en houden zuid op negen slagen.